dinsdag 11 maart 2014

Desensitisatie anders bekeken.

Het is enorm belangrijk dat we er misschien toch wat meer bij stil blijven staan: onze honden moeten leven in een mensenmaatschappij! 
En juist die leefwereld kan voor sommige honden heel overweldigend zijn.


Er is zoveel dat ze moeten verwerkt krijgen en dat is niet altijd evident. Alledaagse dingen, die voor ons vanzelfsprekend zijn, kunnen voor je hond een enorm probleem veroorzaken. Hun prikkelverwerking verloopt nu ook eenmaal anders dan die van ons.  En juist dat kan ervoor zorgen dat je hond reactief gedrag gaat vertonen. 

WAT IS REACTIEF GEDRAG?

Reactief gedrag  is een algemeen voorkomend probleem waar vele mensen mee geconfronteerd worden in het leven van hun hond.

Het is een probleem dat zich in verschillende vormen kan voordoen:  uitvallen, blaffen, overdreven waakzaamheid, overdreven opwinding (al dan niet positief), jammeren, springen, niet meer luisteren naar gekende signalen, niet kunnen kalmeren, enz...

Ook de context kan enorm variëren. De hond kan reageren op diverse zaken zoals, voorbijgangers, vreemde mensen, kinderen, andere honden, andere dieren, fietsers, wagens, geluiden, beweging, noem maar op...

Wat je zeker niet mag doen is je hond gaan straffen, want juist op deze momenten heeft je hond je hulp enorm hard nodig.

HOE KAN JIJ JE HOND HIERIN HELPEN?

Het mooie weer is eindelijk in het land en misschien is dit dan ook wel het moment waarop ik je kan motiveren om je hond op een eenvoudige en aangename manier de eerste stappen te laten zetten in de gedragsverandering waar je al zo lang op hoopt.

Het opzet is vrij eenvoudig: Ik stuur jou en je hond samen op picnic. Heerlijk toch?

Het is een eenvoudige manier om een goede basis te leggen en je hond de kans te geven om de dingen die voor ons maar al te vanzelfsprekend zijn, te verwerken op zijn eigen ritme.

PLANNING IS BELANGRIJK.

Natuurlijk is het wel belangrijk om een dergelijke picnic zorgvuldig te plannen.
Er zijn namelijk een aantal spelregels die je in acht moet nemen, en het is je hond die de spelregels gaat bepalen.

DE PLAATS

Ten eerste moet je de plaats waar jullie samen naartoe gaan, zorgvuldig uitpikken.
Het dient een plaats te zijn die rustig gelegen is en waar je te allen tijde voldoende afstand kan bewaren van de dingen waar je hond het anders zo moeilijk mee heeft.
Maar, het moet ook ook een plaats zijn waar hij af en toe de mogelijkheid heeft om deze dingen op een veilige afstand op te merken.

Ga dus eerst op verkenning om de juiste plaats te vinden en doe dit zonder je hond mee te nemen! Je moet er echt zeker van zijn dat deze plaats voldoet aan de eisen en het kunnen van je hond.
Je wil absoluut niet dat hij in de problemen komt op deze plaats als jullie samen op picnic gaan.

Een voorbeeld: Als je hond problemen heeft met vreemde honden, is de ideale plaats om je picnic te organiseren een plaats waar af en toe iemand met zijn hond (aangelijnd!) zal passeren op een afstand die voor je hond als veilig wordt ervaren.
Dit wil dus zeggen: op een afstand waarbij je hond de andere hond wel opmerkt , maar niet zijn zelfcontrole verliest en reactief gedrag gaat vertonen.

Belangrijk is: waar AF EN TOE iemand met zijn hond zal passeren.

Je hond heeft de tijd nodig om de opgemerkte prikkel positief verwerkt te krijgen en dat kan niet als er kort na elkaar steeds andere honden zullen passeren.

Heeft je hond problemen met fietsers?
Zelfde opzet dus waar af en toe een fietser op een veilige afstand zal passeren. Enzovoort...

Eens je dé ideale picnic-plaats hebt gevonden kan je verder.

RUST

Het volgende wat je nodig hebt is iets wat er kan toe bijdragen om je hond tot rust te laten komen. En dat is iets wat je niet al te ver moet gaan zoeken, je hond gebruikt het alle dagen.
Dit kan zijn persoonlijke dekentje zijn, zijn mandje, een kussen, een matje, of wat dan ook... het moet iets zijn iets waar hij dagelijks zelfstandig en graag gebruik van maakt wanneer hij gaat rusten.
In de gehele situatie zal dit voorwerp zijn functie hebben als ankerpunt.
Het is een vertrouwd iets en je hond weet waarvoor het dient, je moet hem dit niet meer uitleggen.
Het feit dat dit ankerpunt aanwezig is zal een belangrijke bijdrage hebben om je hond in zijn comfortzone te krijgen.
Hij kan er gebruik van gaan maken indien hij dit wil, maar hij moet niet.
Je zal trouwens merken dat je hond er graag gebruik van zal maken tijdens je picnic.

En nu komt misschien wel het allerbelangrijkste: ook voor jezelf neem je een dekentje mee.
Geen strandstoel of wat dan ook, maar simpelweg een dekentje en eventueel een kussen als je het jezelf wat comfortabeler wil maken.
Ik wil graag dat je je op de hoogte van je hond gaat bevinden, dit zorgt ervoor dat je hond makkelijker contact met je kan leggen.
Daarnaast is de boodschap die je hiermee uitstraalt nog veel belangrijker.
Het feit dat jij er relax gaat bijzitten zal er voor zorgen dat je hond dit gedrag sneller van je zal overnemen.

DE WOW!-FACTOR

En als laatste... je kan het geen picnic noemen zonder eten.
Ook hier ga je vooral zorgen dat je de juiste dingen gaat meenemen.
De bedoeling is dat je voor een WOW!-factor gaat zorgen bij je hond.
Geen alledaagse trainingssnoepjes of droge brokken dus, maar werkelijk WOW!-voedsel.

Het voedsel moet een hoge waarde hebben voor je hond want anders bestaat de kans dat het weinig of geen effect zal hebben. Kies voor sterk geurend voedsel zoals salami, rosbief, kip, kaas, paté,... noem maar op...

OP PICNIC

Oké, nu ben je dus volledig klaar voor je picnic.
Je hebt de juiste plaats gevonden, het deken van je hond, je eigen picnic-dekentje, een mandje met WOW!-voedsel en wat water voor je hond en eventueel een flesje wijn en wat lekkers voor jezelf.

Eens aangekomen op je picnic-plek breng je rustig alles in gereedheid.
Leg je picnic-deken neer en vlak daarnaast het dekentje van je hond.
Zet je rustig neer en hou je hond aan de lijn, geen korte lijn, maar een lijn van een 2-tal meter.
Ga zelf zitten en laat je hond maar rustig wat rondsnuffelen.
Geef hem de kans om de informatie te verzamelen die hij nodig heeft om deze nieuwe plek te kunnen plaatsen.
Neem zonder iets te zeggen wat lekkers uit je mand en leg dit op zijn dekentje.
Als hij er klaar voor is zal hij dit wel komen halen. Dit kan je eventueel een paar keer herhalen.

Dan gaan we rustig wachten, schenk niet al te veel aandacht aan je hond... Tot wanneer je hond een uitlokkende prikkel opmerkt... als je hond een vreemde hond, fietser, jogger of wat dan ook opmerkt, open dan de picnic-mand en geef je hond onmiddellijk het WOW!-voedsel, ongeacht wat zijn gedrag op dat ogenblik ook is.
Zelfs als hij blaft of gromt, het is belangrijk dat je het WOW!-voedsel toch geeft.
Het is belangrijk dat hij de uitlokkende prikkel in verband gaat leggen met goede dingen.
Blijf je hond WOW!-voedsel geven, zo snel als je kan, tot wanneer de uitlokkende prikkel uit het zicht verdwenen is.
Eens de uitlokkende prikkel uit het zicht verdwenen is leg je het voedsel terug in de mand en sluit je de mand terug af.

Nu is het gewoon wachten op de volgende prikkel...

WAT ALS DE HOND GEEN VOEDSEL AANNEEMT?

Als je hond het voedsel absoluut niet aanneemt en over zijn toeren gaat wil dit zeggen dat je een ernstige inschattingsfout hebt gemaakt en de uitlokkende prikkel te dichtbij is.
In dat geval moet je onmiddellijk de plaats verlaten.
Dit is niet de ideale plek om met je hond deze oefening te doen.
Je moet de afstand vergroten en als dat niet mogelijk is moet je op zoek naar een andere geschikte picnic-plaats.

HERHALING, HERHALING, HERHALING...

Indien de plaats wel voor succes zorgde ga je twee- tot drie keer per week naar dezelfde plek op picnic. Binnen de 4 weken zal je een opmerkelijk verschil beginnen zien in het gedrag van je hond op deze plaats.
In plaats van het reactieve gedrag naar de uitlokkende prikkel toe, zal zijn gedrag compleet anders zijn.
Hij zal zich veel meer richten tot jou voor zijn beloning, zelfs wanneer de uitlokkende prikkel in zijn gezichtsveld is.

Vanaf het ogenblik dat hij een uitlokkende prikkel ziet en hij zich tot jou zal richten, weet je dat hij gesnapt heeft waarover het gaat.
Vanaf nu kan je beginnen om de lat stapsgewijs wat hoger te leggen.

Je kan kiezen om op dezelfde locatie de afstanden wat kleiner te maken, of je kan misschien eens een nieuwe locatie proberen die voldoet aan dezelfde voorwaarden als de huidige locatie.
Als je de lat wat hoger hebt gelegd en je hond reageert er niet goed op, ga dan terug naar het vorige niveau of plaats.
Je hond is er op dat ogenblik duidelijk nog niet klaar voor en heeft wat meer herhaling en succeservaring nodig.

Vergeet vooral niet te genieten van de quality-time die je op deze manier met je hond kan doorbrengen.
Geef je hond de tijd en de ruimte die hij nodig heeft, je zal merken dat je op deze manier ongelooflijke resultaten zal bereiken.

Veel succes!

David Pithie 2014

zaterdag 14 december 2013

Hoofdtuigjes voor honden, wel of niet?


In aflevering 4 van de televisiereeks “Het Zal Je Hond Maar Zijn” kan je zien dat er gebruik wordt gemaakt van een hoofdtuig voor honden in de case die ikzelf behandel: Bentley, de chocolade Labrador. 



Het hoofdtuig speelt in op slechts een klein onderdeel in de totale problematiek van deze case en krijgt, door de beperkte zendtijd, weinig aandacht in de uitzending zelf.  
Het is nodig om hier een extra woordje uitleg over te geven, vooraleer velen zullen beslissen om een dergelijk tuigje in gebruik te gaan nemen.

In tegenstelling tot wat veel mensen denken is dit géén wondermiddel en zorgt dit niet tot de oplossing van het probleem. 
Het heeft louter een ondersteunende functie in de volledige probleemoplossing. 
Een hoofdtuig heeft zo zijn nadelen en kan bij verkeerd gebruik zelfs gevaarlijk zijn voor de hond. 
Daarom wil ik graag aanraden om dit hulpmiddel niet zomaar zonder enige kennis van zaken te gaan gebruiken.

EEN HOND BEGELEIDEN, HET IS EN BLIJFT MAATWERK

Slechts in uiterst zeldzame gevallen zal ik de mensen adviseren om hier gebruik van te maken.  

Daarbij zal ik dan ook het gebruik ervan zorgvuldig begeleiden.
De weloverwogen beslissing tot het gebruik ervan wordt niet alleen genomen op basis van het bij te sturen gedrag. 
De beslissing wordt genomen op basis van volgende argumenten:

  • De eigenaar heeft een eventuele beperking in zijn fysieke mogelijkheden ten opzichte van de hond.
  • De mogelijkheden om het gedrag te voorkomen door middel van management kunnen niet sluitend gemaakt worden.
  • Het ongecontroleerde aspect in het gedrag van de hond betekent een gevaar voor zichzelf en/of zijn omgeving.
  • Het ongecontroleerde aspect in het gedrag van de hond brengt een gevaar met zich mee voor de eigenaar.
  • Andere hulpmiddelen, die meer comfort kunnen bieden aan de hond, kunnen geen gelijkwaardige bijdrage leveren van de veiligheid in de training tot het bereiken van het gewenste resultaat.

Bij de beslissing wordt er ook gekeken naar het temperament van de hond. 
Is hij té temperamentvol in zijn handelen? 
Dan kan het een gevaarlijk boeltje worden met eventuele fysieke trauma’s voor de hond tot gevolg. 
Whiplash komt bijvoorbeeld vaak voor door het foutieve gebruik van een hoofdtuig. 
Om dit te voorkomen wordt dan het gebruik ervan aangepast in combinatie met een comfortabel hondentuig (dragend op de borst) en een dubbele leiband.

Het hoofdtuig is dus niet iets wat je zomaar even snel in gebruik kan nemen en het probleem in 1-2-3 zal oplossen, zoals de meeste verwachtingen zijn van de eigenaar... er komt heel wat meer bij kijken... 
Heel anders dus dan de standaard winkelier je zal vertellen in zijn advies bij je aankoop.

Daarbij komt ook dat het hoofdtuig niet zomaar iets is wat de hond spontaan als positief zal ervaren, integendeel. 
Vele honden zijn sterk onder de indruk wanneer je hen zomaar een hoofdtuigje aandoet. 
Dit is duidelijk te zien aan hun houding, ze staan er meestal nogal bedrukt bij, hun hoofd gaat omlaag en de oren gaan naar achteren... 
Daarnaast is het zielig om te zien hoe sommige honden proberen om het onwennige hoofdtuigje af te werpen. Voor sommige honden wordt het zelfs bijna een gevecht. 
Andere honden daarentegen, accepteren het vrijwel meteen en blijken er geen last van te ondervinden. De reacties kunnen dus zeer uitlopend zijn. 
En die reacties kan je nooit voorspellen. 

Daarom is het belangrijk om het op veilig te spelen en ervan uit te gaan dat je hond dit wel eens als negatief zou kunnen ervaren. 
Voorkomen is trouwens beter dan genezen. Juist dit maakt het van enorm groot belang dat je, wanneer je toch een hoofdtuigje zou gaan gebruiken, er de nodige tijd aan besteed én gebruik makend van de juiste en positieve trainingstechnieken, het dragen ervan gaat aanleren. 
Pas wanneer je hond er klaar voor is kan het werkelijk in gebruik genomen worden.

RESUMEREND

Trekt je hond aan de leiband en heb je problemen om dit gedrag onder controle te krijgen?
Een hoofdtuig komt slechts in aanmerking onder volgende voorwaarden:

  • Je bent fysiek beperkt ten op zichte van de hond: de hond is groot, krachtig en sterker dan jij.
  • Jijzelf hebt een eventuele fysieke beperking die het moeilijk maakt om de hond in alle veiligheid te hanteren en te trainen om het gewenste gedrag aan te leren.
  • De hond brengt door het trekken zichzelf, anderen en/of de eigenaar in gevaar.
  • Je kan, door middel van omstandigheden, niet op alle situaties veilig en preventief ingrijpen om het gedrag te voorkomen.
  • Je begrijpt dat niet het hoofdtuig de oplossing zal bieden aan de problematiek, maar slechts een hulpmiddel is om op een veilige manier aan het gedrag te werken door middel van een positieve trainingsmethode. Een beloningsgerichte methode dus, die jou én je hond in staat zal stellen om op een aangename manier aan de leiband te leren lopen.
  • Je hebt een veiliger alternatief voor het hoofdtuig geprobeerd  zoals: de U-lead Harness, de U-lead Easy Walk ™ Harness of de HALTI-Harness en dit voldeed niet aan de wensen. Deze tuigjes zijn ontworpen om op een vriendelijke manier honden te ontmoedigen om te trekken tijdens het wandelen. Het zijn degelijke tuigjes die gedragen worden op de borst en bieden meer comfort voor je hond. Ook deze hulpmiddelen zijn enkel ter ondersteuning van de training om aan de lijn te leren lopen.
  • Je bent bereid om de nodige aanpassingen te maken door middel van management, zodat er optimaal kan gewerkt worden om preventief op het gedrag in te spelen en daarbij je hond in de mogelijkheid te stellen om succes te boeken in het leerproces.

Doe geen impulsieve aankopen maar schakel professionele hulp in om je bij te staan. Een trainer of coach die met hondvriendelijke, positieve methoden en een begeleiding op maat werkt is het uitgangspunt in je keuze. Hoogstwaarschijnlijk kan hij je met de juiste begeleiding zonder dit hulpmiddel verder helpen. 
Is het dan toch nodig om een dergelijk tuigje te moeten gebruiken? Dan krijg je de begeleiding die nodig is om je hond het dragen ervan op een aangename manier aan te leren én leer je dit ook juist te gebruiken. Zodoende kan je je hond tenminste recht in de ogen blijven kijken...


David Pithie 2013

dinsdag 10 december 2013

Leidraad voor een fijne afsluiter van het jaar, samen met je hond



De eindejaarsperiode komt er aan... 
Weer een tijd om te feesten dus. 

Maar dit feesten brengt natuurlijk heel wat drukte met zich mee.
En die drukte heeft gevolgen...



De hectische momenten in de aanloopperiode van de feestelijkheden en de structurele veranderingen dat dat met zich meebrengt, de vele mensen die over de vloer komen, het lawaai van potten en pannen, het lawaai van joelende kinderen, het lawaai van vele door elkaar pratende mensen...

Een plezierige periode voor de kinderen en alle feestvarkens die zich aan je tafel zullen scharen.
Maar, zoals je je wel kan voorstellen, niet altijd een even leuke ervaring voor je hond...

Dit alles brengt voor je hond heel wat stress met zich mee en dit kan zijn draagkrachten aanzienlijk verkleinen. 
Dus, terwijl we alle voorbereidingen beginnen te treffen om te feesten, is het misschien geen slecht idee om er even bij stil te staan hoe we onze honden op een aangename en veilige manier door deze feestelijkheden kunnen loodsen. 
Een zorgvuldige planning voor het verloop van de feestdagen kan jou én je hond heel wat leed besparen.

TIPS 
  • Per kind is er telkens 1 volwassene die toezicht zal houden.
  • Jij houdt toezicht op jouw hond.
  • Ken je hond. Weet waar zijn limieten liggen en herken de stresssignalen.
  • Als er meerdere honden aanwezig zijn: 1 volwassene per hond om toezicht te houden.
  • Zorg ervoor dat je een voor je hond vertrouwde, bezoekersvrije én rustige ruimte voorziet waar je hond zich naartoe kan begeven om de nodige rust te vinden als hij dat nodig acht.
  • Ook een over het algemeen rustige en vriendelijke hond kan stress krijgen tijdens een feestje. Nogmaals: Herken (en erken) de communicatiesignalen van je hond. Weet wanneer hij vertelt dat hij het moeilijk heeft.
  • Als je hond tekenen vertoont van spanning, plaats hem dan in de voorziene, vertrouwde, bezoekersvrije ruimte. Zorg voor het nodige comfort (mand, kussen, drinken, speelgoed, ed )en geef de hond iets om op te kauwen. Kauwen werkt stressreducerend.
  • Zorg dat er geen kinderen, andere honden of bezoekers toegang hebben tot de rustruimte van je hond. Eventueel doe je de deur op slot en steek je de sleutel op zak.
  • Wanneer je niet in de mogelijkheid bent om toezicht te houden op je hond, of je wil jezelf even wat ademruimte gunnen, plaats je hond dan even in de aparte ruimte met wat lekkers... of draag het toezicht even over aan je echtgenoot(e). Maak hier goede afspraken over.
  • Neem al het speelgoed, kauwbenen en andere zaken die van je hond zijn weg uit de ruimte waar de bezoekers en de kinderen zich bevinden. Laat niets rondslingeren. Zodoende kan er niemand iets pakken wat van je hond is.
  • Zet je hond in de aparte ruimte met wat lekkers wanneer de bezoekers toekomen of weggaan. Voor veel honden zijn dit moeilijke momenten, het zijn onoverzichtelijke ogenblikken waarbij ook jouw aandacht teveel verdeeld zal zijn.
  • Voorkom dat de bezoekers of de kinderen de hond gaan omhelzen of kussen.
  • Zet je hond in de aparte ruimte met wat lekkers wanneer je het eten gaat opdienen. Ogenblikken die gepaard gaan met voedsel, zijn extra moeilijk voor honden. Zeker wanneer er dan ook nog over en weer gelopen wordt en je je hond niet voldoende kan begeleiden.

STRESSSIGNALEN

Je hond zal stress ervaren als hij het gevoel heeft dat hij de situatie niet kan beïnvloeden of kan voorspellen. 
Er zijn verschillende opvallende en minder opvallende gedragingen en signalen waaraan je kan herkennen dat je hond last heeft van stress. 
Enkele ervan zijn een automatische reactie van het lichaam op een stressvolle situatie. Als je op deze signalen gaat letten, kan je herkennen wanneer je hond zich in een bepaalde situatie niet prettig voelt. 
Hierdoor kan je heel wat onaangename wendingen voorkomen. 

Nog even een aantal stresssignalen overlopen: 
  • Rusteloos rondlopen
  • Hijgen
  • Bek aflikken : de tong wordt langs de hele bekrand bewogen.
  • Tongelen : hierbij steekt de hond zijn tong heel even uit, hij likt kort over zijn neus.
  • Kwijlen
  • Trillen
  • Piepen of janken
  • Hoog blaffen
  • Verliezen van haren: meer dan normaal
  • Roos (schilfers): duidelijk zichtbaar op de schouders/nek  en aan de aanzet van de staart
  • Borstelen: het haar op de nek, rug en/of vlak voor de staart staat overeind.
  • Geeuwen
  • Poot heffen : de voorpoot optillen, anders dan het "pootje geven", het lijkt alsof de hond een stap wil nemen.
  • Zichzelf krabben
  • Uitschudden
  • Niezen
  • Zich uitrekken
  • Plassen
  • Plattere stoelgang
  • Op eigen poten bijten
  • Op de staart bijten
  • Zichzelf likken (veelvuldig)
  • Rijden
  • Achter de eigen staart aan jagen
  • Kwispelen met een stijve staart
  • Oogwit laten zien
  • Wegkijken
  • Verstarren
  • Vertragen van bewegingen

VUURWERK 

Vuurwerk is wel prachtig om naar te kijken, maar daar denkt je hond misschien anders over. 
Veel honden doorstaan een hel wanneer het vuurwerk het nieuwe jaar zal inluiden. 
Ook hier wil ik graag wat tips meegeven zodat je je hond de nodige steun kan bieden die hij nodig heeft. 
  • Laat je hond geruime tijd vóór klokslag twaalf nog eens uit. Als je de straat op gaat om te wandelen doe je dit steeds aangelijnd.
  • Als je de hond uitlaat in de tuin ga je sowieso mee. Je weet nooit of er een onverwachte knal zou zijn waardoor je hond in paniek kan slaan. Sommige mensen kunnen nu eenmaal niet wachten tot middernacht om hun vuurwerk af te schieten.
  • Indien het mogelijk is, laat je je hond niet alleen thuis met de overgang van oud op nieuw. Zorg voor een vertrouwde oppas met de nodige kennis van zaken, waar je hond zich veilig bij kan voelen.
  • Neem je hond niet mee naar buiten als het vuurwerk begint. Hierdoor kunnen gemakkelijk trauma’s ontstaan. Het is een fabeltje dat je de hond hieraan moet blootstellen om hem eraan gewoon te maken. Hij zal er zeker niet minder angstig door worden, integendeel... 
  • Ook als je hond geen angsten vertoont voor vuurwerk wanneer hij in huis is, kan ik het alleen maar ten stelligste afraden om je hond mee naar buiten te nemen. 
  • Je hond kan wel eens heel anders reageren eens je buiten bent. 
  • Daarbij komt dan ook dat de draagkrachten van je hond door de drukte van het feesten en het bezoek, zeker al lager zullen liggen dan op andere dagen.  Je hond zal dus veel gevoeliger zijn dan normaal en sneller angstig reageren. 
  • Zorg ervoor dat alle ramen en deuren gesloten zijn, zodoende demp je het geluid van de knallen. Eventueel kan je de radio opzetten (liefst rustige muziek) om het geluid van buiten nog iets meer te onderdrukken. 
  • Zorg voor een ruimte in huis waar je met de hond naartoe kan waar je de geluiden van buitenaf het minst kan horen. 
  • Sluit eventueel de gordijnen of doe de rolluiken naar beneden. Op die manier demp je ook weer een deel van het geluid en kan je ook de lichtflitsen niet zien. 
  • Als de bezoekers binnen en buiten gaan lopen, maak hier dan eerst goede afspraken over. 
  • Lijn je hond eventueel aan of plaats hem indien nodig in de veilige ruimte. 
  • Zorg dat men steeds de deuren sluit. 
  • Maak de afspraak dat men vóór dat het vuurwerk begint reeds rustig naar buiten gaat. Tijdens het vuurwerk wordt er niet binnen en buiten gelopen. 
  • Als je hond héél bang is en extreme angst vertoont tijdens vuurwerk is het aan te raden om een ondersteuning te vragen bij je dierenarts. Spreek hier dus tijdig je dierenarts over aan. 
  • Daarnaast is jouw steun het allerbelangrijkste wat je je hond kan geven op zulke enge en moeilijke momenten. Blijf zelf kalm, je hond heeft er niets aan als je mee in paniek gaat omdat je het zo erg vindt voor je hond. Hij heeft niets aan overdreven reacties uit medelijden, hij heeft je begrip en je steun nodig. Ga dus niet te overdreven troosten, zorg er gewoon voor dat je er bent voor hem. Dat hij bij je kan komen, je kan voelen. Laat hem weten dat je er bent voor hem, aai hem gewoon. 
  • Overweeg eventueel om volgend jaar tijdig te beginnen, onder een deskundige begeleiding, om je hond zijn angsten toch wat onder controle te krijgen. Het is een proces waarmee je rekening moet houden dat je er toch wel een aantal maanden werk kan aan hebben. Vandaag starten met vuurwerktraining is dus onbegonnen werk, het is belangrijk om hier je tijd voor te nemen. Laat je dus niet verleiden door de vele beloftes die gemaakt worden door bepaalde trainers en reclame in winkels. Dit gaat je vandaag alleen maar geld kosten zonder het gewenste resultaat dat jij voor ogen hebt.


Is het de eerste keer dat je hond de overgang van oud op nieuw meemaakt en merk je dat hij een klein beetje ongerust is bij het horen van het vuurwerk buiten?

Ook voor deze honden heb je de bovengenoemde voorbereidingen getroffen. 
Het geluid van de knallen mag amper hoorbaar zijn.

Meestal zal de hond dan een beetje vragend naar je kijken als hij een knal hoort. Hij let dus op jouw reactie. 
Doe op die momenten zo normaal mogelijk. 
Geef hem eventueel onmiddellijk wat lekkers . 
Het lekkers is een snoepje met een hoge waarde voor de hond. 
Een SUPERsnoepje dus (of wat vlees bv). 
Dit geef je hem onmiddellijk (leg het op de grond) als hij een knal hoort. 

Als je hond het SUPERsnoepje niet neemt wil dit zeggen dat hij banger is dan je zelf had ingeschat. 
Stop meteen met het aanbieden van het lekkers, anders kan het zijn dat je hond verkeerde verbanden gaat leggen! 

Als je hond het lekkers dat je op de grond gelegd hebt wel neemt, en je merkt dat hij dit dik in orde vindt, kan je verder gaan met de gewenning.  
Telkens als je dus een knal hoort geef je hem dat SUPERsnoepje. 
Je moet dit gegeven hebben binnen de seconde, max 2 seconden om je hond het verband te leren leggen met iets aangenaams. 
Speel eventueel een spelletje met hem zoals je anders doet.

Hou je van je hond en wil jij ook het allerbeste voor hem?
Hij rekent erop dat jij ervoor zorgt dat ook hij de feesten, op een leuke en aangename manier, samen met jou kan meevieren. 

Prettige feesten!

David Pithie 2013



vrijdag 22 november 2013

Een nieuwe pup en een volwassen hond.




Wanneer je je gezin uitbreidt met een nieuwe pup, kunnen er soms problemen ontstaan wanneer er reeds een volwassen hond 
in huis is.





Een stabiele, sociaalvaardige hond zal de nieuwkomer tijdig bijsturen wanneer de pup zich niet houdt aan bepaalde regels. 
Als de pup te wild gaat spelen of ander gedrag vertoont waar de volwassen hond niet akkoord mee, gaat zal hij op een sociaalvaardige manier ingrijpen. 

Maar, voor veel volwassen honden kan dit wel een pijnpunt zijn. 
Veel oudere honden hebben niet meteen de ervaring met pups en kunnen hierdoor wel foutief gaan reageren. 
Ze kunnen de pup te veel krediet geven en zich ondertussen laten overrompelen door het gedrag van de pup. 
De volwassen hond kan het gedrag van de pup als zeer intimiderend ervaren waardoor hij zelfs bang wordt van de pup. 
Dit kan leiden tot situaties waarin de hond op een gegeven ogenblik té emotioneel gaat reageren en daardoor agressie gaat gebruiken om de pup bij te sturen. 
En dit zal de relatie tussen de twee honden ernstig gaan verstoren. 

VOORKOMEN IS BETER DAN GENEZEN

Je moet ervoor zorgen dat de nieuwe pup vooral een sterke band met jou kan opbouwen. Management is daarbij een belangrijk gegeven.
Anders zal de pup zich te veel richten op de volwassen hond, met alle gevolgen van dien. 
Het management houdt vooral in dat je heel goed moet plannen wanneer en hoe de twee honden met elkaar in contact kunnen komen. 
Je moet er vooral voor zorgen dat het contact voor beide honden steeds een positieve ervaring is. 
Kinderpoortjes om de pup te begrenzen wanneer nodig en die de veiligheid van de pup én de oudere hond waarborgen, zijn hierin geen overbodige luxe. 

Vergeet alle adviezen waarin gezegd wordt dat ze er wel zullen uitkomen op hun manier, want dat is net hetzelfde als je kans om de loterij te winnen... redelijk klein dus... 

Potentiële problemen dien je te voorkomen, je mag echt niet gaan rekenen op geluk in dergelijke zaken. Daarvoor staat er veel te veel op het spel. 

Wanneer je de pup en je volwassen hond te veel en zonder toezicht bij elkaar laat en zomaar wat laat spelen tijdens de eerste maanden, dan zal de pup vooral een band gaan vormen met de volwassen hond, de oudere hond krijgt een enorm grote voorbeeldrol. 
Dat wil zeggen dat hij vooral naar de oudere hond zal kijken hoe hij met bepaalde situaties moet omgaan in plaats van naar jou. 
Dit kan zorgen voor bepaalde problemen, je zal merken dat je te weinig controle hebt op zijn gedrag. De pup leert om zich niet op jou te richten, maar op de oudere hond. Dit kan betekenen dat de pup je zelfs gaat negeren na verloop van tijd, zelfs wanneer de andere hond niet aanwezig is. 

KLEINE PESTKOPPEN WORDEN GROOT

Als je volwassen hond te tolerant is tegenover het gedrag van de pup kan het zijn dat je na verloop van tijd een kleine pestkop in je handen krijgt... en die kleine pestkop zal snel een grote pestkop worden. 
En eigenlijk is dit ook logisch want de pup heeft geleerd dat dit de manier is waarop je met andere honden moet omgaan. 
Hij krijgt niet de kansen die nodig zijn om leren hoe hij zich op een sociaal aanvaardbare manier kan gedragen ten opzichte van een andere hond. 

Op een gegeven ogenblik bestaat de kans dat je pup (die dan misschien al geen pup meer is) een vreemde hond zal tegenkomen die dit gedrag niet zal tolereren. Je pup zal op dat ogenblik aangevallen worden en betrokken worden in een gevecht. Dit kan ervoor zorgen dat je hond getraumatiseerd geraakt en zich angstig zal gaan opstellen tegenover vreemde honden in de toekomst. Hierbij kan hij dan ook agressie gaan gebruiken. 

Ben je bezorgd over de relatie van de nieuwkomer en je oudere hond, aarzel dan niet om professionele begeleiding te zoeken. 
Meestal kunnen deze problemen op een snelle en eenvoudige manier in goede banen gestuurd worden. Hoe langer je wacht, hoe meer kans op schade in de relatievorming tussen de twee honden.


David Pithie 2013

vrijdag 1 november 2013

Wanneer alleen zijn een ware hel wordt...

 
foto: John Hipkiss Photography handout/PDSA

 Geen enkele hond is graag alleen, maar  voor  sommige honden is het echt een  groot  probleem.

 Veel honden lijden aan stress die  veroorzaakt  wordt als ze alleen worden  gelaten door hun  eigenaars.


In veel gevallen wordt het probleem nog erger voor dieren waarvan de baasjes bijzonder lange uren werken en van huis weg zijn.
Voor sommige honden kunnen de gevolgen werkelijk schokkend zijn en op onbepaalde termijn een dramatische wending nemen.

De problemen kunnen zich op verschillende manieren gaan uiten. Van rusteloos rondlopen, piepen, blaffen, huilen, graven, ontlasten, vernielzuchtig gedrag, proberen uit te breken, tot ...ja, zelfs zelfverminking.

We dienen te begrijpen dat al deze gedragingen gebaseerd zijn 
op DE oer-emotie: ANGST

Angst bestaat echter in verschillende gradaties, van de mildere vormen zoals onrust, bezorgdheid tot de extremere vormen zoals paniek en doodsangsten.
Het gedrag dat de hond vertoont wordt gekleurd door zijn emotie.
Hoe sterker de emotie, hoe sterker de motivatie en hoe sterker het gedrag.

In de extremere gradaties van de emotie verliest de hond zijn contact met de werkelijkheid. Hij geraakt het contact met zichzelf én zijn omgeving kwijt.

Als mens zijn we er echter sterk toe geneigd om de mildere vormen van angst bij onze hond te minimaliseren en ervan uit te gaan dat ze er wel zullen uitgroeien.
Een veelgebruikte uitspraak is dan: “Hij moet het maar leren...”
Maar er is een groot verschil tussen de kans krijgen om te leren en , bij wijze van spreken, aan je lot overgelaten te worden...

In de meeste gevallen, zullen mensen pas stilaan gaan begrijpen dat er werkelijk een probleem is vanaf het ogenblik dat het voor henzelf een probleem gaat vormen. 
En dan kan het dus zijn dat het probleem voor de hond zich al in een verder gevorderd stadium bevindt.

SYMPTOOMBESTRIJDING

De belangrijkste vraag die de mens achter de hond vanaf dat ogenblik zal bezig houden is: “Hoe kan ik mijn hond dit gedrag afleren?”
En dit is nu juist de meest foutieve vraag die een mens zich kan stellen, in elke situatie.

Spijtig genoeg is deze “vastgeroeste” vraagstelling ook weer een rechtstreeks product van ons maatschappelijk denken en hoe we moeten omspringen met (oa) hondengedrag.
Het gaat vooral over foute beredeneringen die gemaakt worden ivm een probleemoplossing.
Hierdoor gaat men werken met, wat we noemen, symptoombestrijding.

Een voorbeeld:

Als je hond blaft, wil je dit gedrag “afleren” omdat het blaffen voor jou een probleem vormt. 
De buren komen klagen wegens de geluidsoverlast en in veel gevallen wordt er dan ook nog eens gedreigd dat ze gerechtelijke stappen zullen ondernemen, de dierenbescherming zullen inschakelen, enz.
Dit zet een enorme druk op je schouders en je gaat automatisch op zoek naar een manier om dit blaffen te stoppen.
Je wil dat de hond begrijpt dat hij niet mag blaffen en zoekt naar een manier om dit blaffen af te straffen.
En dit denken vormt juist een enorme valkuil.

Bepaalde producenten spelen op deze beredenering handig in door veelbelovende producten zoals anti-blafbanden, anti-bijtspray’s, kalmeringsmiddelen, enz op de markt te brengen.
Het gaat zelfs zo ver dat er soms de vraag van de eigenaar komt of de stembanden laten knippen geen goede en eenvoudige oplossing zou zijn.

Symptoombestrijding komt erop neer dat we probleemgedrag vaak gaan bestrijden zonder de werkelijke oorzaak van de klacht weg te nemen. 
En juist door op deze manier te handelen zal een probleemgedrag doorgaans toenemen of andere, ernstigere vormen aannemen.

Om een antwoord te geven op de prangende vraag over hoe je een hond kan afleren om onrustig te zijn, blaffen, huilen, vernielen en alle andere mogelijke varianten van probleemgedrag als hij alleen gelaten wordt, kan ik dus alleen maar het volgende zeggen: “Niet. Je kan dit gedrag niet afleren.”

LEREN LUISTEREN

Maar dat wil niet zeggen dat deze problematiek niet op te lossen is.
We moeten het gewoon over een andere boeg gooien.
Om te beginnen moeten we onze vraagstelling gaan bijsturen.

ONS probleem kennen we: de hond blaft, vernielt, ontlast, of wat dan ook als hij alleen is.
Nu moeten we de emoties die dat bij ons losmaakt naast ons neerzetten en ons neutraal gaan opstellen... moeilijk hé?

We dienen eerst en vooral te begrijpen dat ALLE gedrag een vorm van communicatie is, dus ook probleemgedrag.
Het probleemgedrag is op een bepaald ogenblik de enige manier die de hond ter beschikking heeft om aan te tonen dat hij het ergens moeilijk mee heeft en het hem allemaal teveel wordt.

De hamvraag die je jezelf dan kan stellen is: “Wat wil mijn hond mij vertellen?”
En dan gaat de bal aan het rollen...

Oke, je weet dat je hond je vertelt dat hij het moeilijk heeft om alleen te blijven, dat hij bang is...
Maar waarom is dat?
Waarom is je hond angstig als je er niet bent?
Wat zijn de elementen in de leefomgeving die deze angsten kunnen veroorzaken?

Het wordt een zoektocht waarbij je empatische vermogens ten volle worden aangesproken.
En neen, het heeft dus niets te maken met de zogezegde wraakgevoelens omdat hij alleen moest thuisblijven.

Wanneer we een probleem gaan oplossen dienen we dus verder te leren kijken, verder dan wat het probleem met ons doet.
Een neutrale benadering op het probleem is van groot belang, en dat is nu juist heel moeilijk als we zelf een betrokken partij zijn in de probleemsituatie.

In het kort komt het er op neer dat als het probleem van de hond opgelost geraakt, automatisch ook jouw probleem opgelost zal zijn.

WERK AAN DE WINKEL

Heb je een sterk vermoeden dat jouw hond verlatingsangsten heeft of aan het ontwikkelen is?
Onderneem actie! 
Het gedrag van je hond is een noodkreet.
Blijf niet wachten in de hoop dat het wel zal beteren en hij het wel zal leren.
Je hond heeft je hulp broodnodig, vandaag nog!

Management is het belangrijkste element in de ondersteuning wanneer je een probleem gaat aanpakken.
De bedoeling van het management is te voorkomen dat de hond het probleemgedrag opnieuw kan uitvoeren.
JIJ bent degene die er moet voor zorgen dat de hond niet telkens terug opnieuw in de problemen komt.
Het is jouw taak om hem te beschermen tegen de situaties waarin de kans bestaat dat hij probleemgedrag gaat vertonen.
En dat wil over het algemeen zeggen dat je een aantal dingen zal moeten veranderen.

Een belangrijk onderdeel in het management is preventie.
Je weet nu dat je hond (nog) niet is staat is om alleen te blijven.
Om te beginnen is dat dus je belangrijkste zorg.

Je zorgt steeds dat er iemand aanwezig is die ervoor zorgt dat de hond zich veilig voelt.
Je gaat dus hulp nodig hebben om de ogenblikken dat je van huis weg moet op te vangen.
Het inschakelen van familieleden, buren of vrienden om toezicht te houden is dus noodzakelijk.
Je kan ook professionele hulp inroepen voor de opvang van je hond (jawel, ze bestaan: doggy-sitters, pet-sitters, day-care, enz). 
De persoon waarop jij en je hond gaan vertrouwen dient wel het nodige begrip te hebben voor de emotionele toestand van de hond.

Maar management alleen, in al zijn onderdelen, is over het algemeen niet voldoende.
Om het gedrag ook daadwerkelijk te veranderen is gedragstraining noodzakelijk.

Bespreek het gedrag met je dierenarts en zoek bijkomende professionele hulp om dit gedrag aan te pakken, neem eventueel contact op met een gedragstrainer bij jou in de buurt.
Informeer je steeds grondig naar zijn/haar manier van werken en de ingesteldheid van deze gedragstrainer. 
Het gebruik van positieve, hondvriendelijke methoden zijn bij uw keuze het uitgangspunt.

Luister naar wat je hond je vertelt!
Hij KAN niet alleen blijven, zijn huidige gemoedstoestand als hij alleen wordt gelaten maakt dit werkelijk onmogelijk.
Je dient de nodige ondersteuning te bieden zodat de hond zich veilig kan voelen in zijn leefomgeving.
Pas daarna kan je beginnen om het gedragspatroon te veranderen en daarbij is gedragstraining noodzakelijk. 
Pas dan kan er dus STAPSGEWIJS gewerkt worden aan het alleen zijn.

Elke hond is verschillend, sommige honden zijn nu eenmaal veel relaxter en zelfredzamer dan de andere.
Dat maakt dat je de ene hond zonder al te veel oefening alleen kan laten en dat je  met de andere eindeloos lang moet oefenen.

Langzaam opbouwen is een enorm karwei, maar het loont.
En als je hond dit nodig heeft, heeft hij er ook alle recht op.


David Pithie 2013