vrijdag 1 november 2013

Wanneer alleen zijn een ware hel wordt...

 
foto: John Hipkiss Photography handout/PDSA

 Geen enkele hond is graag alleen, maar  voor  sommige honden is het echt een  groot  probleem.

 Veel honden lijden aan stress die  veroorzaakt  wordt als ze alleen worden  gelaten door hun  eigenaars.


In veel gevallen wordt het probleem nog erger voor dieren waarvan de baasjes bijzonder lange uren werken en van huis weg zijn.
Voor sommige honden kunnen de gevolgen werkelijk schokkend zijn en op onbepaalde termijn een dramatische wending nemen.

De problemen kunnen zich op verschillende manieren gaan uiten. Van rusteloos rondlopen, piepen, blaffen, huilen, graven, ontlasten, vernielzuchtig gedrag, proberen uit te breken, tot ...ja, zelfs zelfverminking.

We dienen te begrijpen dat al deze gedragingen gebaseerd zijn 
op DE oer-emotie: ANGST

Angst bestaat echter in verschillende gradaties, van de mildere vormen zoals onrust, bezorgdheid tot de extremere vormen zoals paniek en doodsangsten.
Het gedrag dat de hond vertoont wordt gekleurd door zijn emotie.
Hoe sterker de emotie, hoe sterker de motivatie en hoe sterker het gedrag.

In de extremere gradaties van de emotie verliest de hond zijn contact met de werkelijkheid. Hij geraakt het contact met zichzelf én zijn omgeving kwijt.

Als mens zijn we er echter sterk toe geneigd om de mildere vormen van angst bij onze hond te minimaliseren en ervan uit te gaan dat ze er wel zullen uitgroeien.
Een veelgebruikte uitspraak is dan: “Hij moet het maar leren...”
Maar er is een groot verschil tussen de kans krijgen om te leren en , bij wijze van spreken, aan je lot overgelaten te worden...

In de meeste gevallen, zullen mensen pas stilaan gaan begrijpen dat er werkelijk een probleem is vanaf het ogenblik dat het voor henzelf een probleem gaat vormen. 
En dan kan het dus zijn dat het probleem voor de hond zich al in een verder gevorderd stadium bevindt.

SYMPTOOMBESTRIJDING

De belangrijkste vraag die de mens achter de hond vanaf dat ogenblik zal bezig houden is: “Hoe kan ik mijn hond dit gedrag afleren?”
En dit is nu juist de meest foutieve vraag die een mens zich kan stellen, in elke situatie.

Spijtig genoeg is deze “vastgeroeste” vraagstelling ook weer een rechtstreeks product van ons maatschappelijk denken en hoe we moeten omspringen met (oa) hondengedrag.
Het gaat vooral over foute beredeneringen die gemaakt worden ivm een probleemoplossing.
Hierdoor gaat men werken met, wat we noemen, symptoombestrijding.

Een voorbeeld:

Als je hond blaft, wil je dit gedrag “afleren” omdat het blaffen voor jou een probleem vormt. 
De buren komen klagen wegens de geluidsoverlast en in veel gevallen wordt er dan ook nog eens gedreigd dat ze gerechtelijke stappen zullen ondernemen, de dierenbescherming zullen inschakelen, enz.
Dit zet een enorme druk op je schouders en je gaat automatisch op zoek naar een manier om dit blaffen te stoppen.
Je wil dat de hond begrijpt dat hij niet mag blaffen en zoekt naar een manier om dit blaffen af te straffen.
En dit denken vormt juist een enorme valkuil.

Bepaalde producenten spelen op deze beredenering handig in door veelbelovende producten zoals anti-blafbanden, anti-bijtspray’s, kalmeringsmiddelen, enz op de markt te brengen.
Het gaat zelfs zo ver dat er soms de vraag van de eigenaar komt of de stembanden laten knippen geen goede en eenvoudige oplossing zou zijn.

Symptoombestrijding komt erop neer dat we probleemgedrag vaak gaan bestrijden zonder de werkelijke oorzaak van de klacht weg te nemen. 
En juist door op deze manier te handelen zal een probleemgedrag doorgaans toenemen of andere, ernstigere vormen aannemen.

Om een antwoord te geven op de prangende vraag over hoe je een hond kan afleren om onrustig te zijn, blaffen, huilen, vernielen en alle andere mogelijke varianten van probleemgedrag als hij alleen gelaten wordt, kan ik dus alleen maar het volgende zeggen: “Niet. Je kan dit gedrag niet afleren.”

LEREN LUISTEREN

Maar dat wil niet zeggen dat deze problematiek niet op te lossen is.
We moeten het gewoon over een andere boeg gooien.
Om te beginnen moeten we onze vraagstelling gaan bijsturen.

ONS probleem kennen we: de hond blaft, vernielt, ontlast, of wat dan ook als hij alleen is.
Nu moeten we de emoties die dat bij ons losmaakt naast ons neerzetten en ons neutraal gaan opstellen... moeilijk hé?

We dienen eerst en vooral te begrijpen dat ALLE gedrag een vorm van communicatie is, dus ook probleemgedrag.
Het probleemgedrag is op een bepaald ogenblik de enige manier die de hond ter beschikking heeft om aan te tonen dat hij het ergens moeilijk mee heeft en het hem allemaal teveel wordt.

De hamvraag die je jezelf dan kan stellen is: “Wat wil mijn hond mij vertellen?”
En dan gaat de bal aan het rollen...

Oke, je weet dat je hond je vertelt dat hij het moeilijk heeft om alleen te blijven, dat hij bang is...
Maar waarom is dat?
Waarom is je hond angstig als je er niet bent?
Wat zijn de elementen in de leefomgeving die deze angsten kunnen veroorzaken?

Het wordt een zoektocht waarbij je empatische vermogens ten volle worden aangesproken.
En neen, het heeft dus niets te maken met de zogezegde wraakgevoelens omdat hij alleen moest thuisblijven.

Wanneer we een probleem gaan oplossen dienen we dus verder te leren kijken, verder dan wat het probleem met ons doet.
Een neutrale benadering op het probleem is van groot belang, en dat is nu juist heel moeilijk als we zelf een betrokken partij zijn in de probleemsituatie.

In het kort komt het er op neer dat als het probleem van de hond opgelost geraakt, automatisch ook jouw probleem opgelost zal zijn.

WERK AAN DE WINKEL

Heb je een sterk vermoeden dat jouw hond verlatingsangsten heeft of aan het ontwikkelen is?
Onderneem actie! 
Het gedrag van je hond is een noodkreet.
Blijf niet wachten in de hoop dat het wel zal beteren en hij het wel zal leren.
Je hond heeft je hulp broodnodig, vandaag nog!

Management is het belangrijkste element in de ondersteuning wanneer je een probleem gaat aanpakken.
De bedoeling van het management is te voorkomen dat de hond het probleemgedrag opnieuw kan uitvoeren.
JIJ bent degene die er moet voor zorgen dat de hond niet telkens terug opnieuw in de problemen komt.
Het is jouw taak om hem te beschermen tegen de situaties waarin de kans bestaat dat hij probleemgedrag gaat vertonen.
En dat wil over het algemeen zeggen dat je een aantal dingen zal moeten veranderen.

Een belangrijk onderdeel in het management is preventie.
Je weet nu dat je hond (nog) niet is staat is om alleen te blijven.
Om te beginnen is dat dus je belangrijkste zorg.

Je zorgt steeds dat er iemand aanwezig is die ervoor zorgt dat de hond zich veilig voelt.
Je gaat dus hulp nodig hebben om de ogenblikken dat je van huis weg moet op te vangen.
Het inschakelen van familieleden, buren of vrienden om toezicht te houden is dus noodzakelijk.
Je kan ook professionele hulp inroepen voor de opvang van je hond (jawel, ze bestaan: doggy-sitters, pet-sitters, day-care, enz). 
De persoon waarop jij en je hond gaan vertrouwen dient wel het nodige begrip te hebben voor de emotionele toestand van de hond.

Maar management alleen, in al zijn onderdelen, is over het algemeen niet voldoende.
Om het gedrag ook daadwerkelijk te veranderen is gedragstraining noodzakelijk.

Bespreek het gedrag met je dierenarts en zoek bijkomende professionele hulp om dit gedrag aan te pakken, neem eventueel contact op met een gedragstrainer bij jou in de buurt.
Informeer je steeds grondig naar zijn/haar manier van werken en de ingesteldheid van deze gedragstrainer. 
Het gebruik van positieve, hondvriendelijke methoden zijn bij uw keuze het uitgangspunt.

Luister naar wat je hond je vertelt!
Hij KAN niet alleen blijven, zijn huidige gemoedstoestand als hij alleen wordt gelaten maakt dit werkelijk onmogelijk.
Je dient de nodige ondersteuning te bieden zodat de hond zich veilig kan voelen in zijn leefomgeving.
Pas daarna kan je beginnen om het gedragspatroon te veranderen en daarbij is gedragstraining noodzakelijk. 
Pas dan kan er dus STAPSGEWIJS gewerkt worden aan het alleen zijn.

Elke hond is verschillend, sommige honden zijn nu eenmaal veel relaxter en zelfredzamer dan de andere.
Dat maakt dat je de ene hond zonder al te veel oefening alleen kan laten en dat je  met de andere eindeloos lang moet oefenen.

Langzaam opbouwen is een enorm karwei, maar het loont.
En als je hond dit nodig heeft, heeft hij er ook alle recht op.


David Pithie 2013

Geen opmerkingen:

Een reactie posten